Pioneer
Navigation
AVIC-Z920DAB
Pioneer AVIC-Z920DAB Brugsanvisning
Her er Pioneer AVIC-Z920DAB (Navigation) brugervejledning. 190 sider på sprog Nederlands med en vægt på 2.0 Mb. Hvis du ikke kan finde svar på dit problem Spørg vores community.
Side 1/190

Nederlands
Lees altijd eerst de Belangrijke informatie voor de gebruiker!
Het gedeelte Belangrijke informatie voor de gebruiker bevat belangrijke
informatie die u moet weten en begrijpen voordat u het product gebruikt.
AVIC-Z920DAB
AVIC-Z820DAB
AVIC-Z720DAB
AVIC-Z620BT
AVIC-Z7210DAB
AVIC-Z6210BT
AV NAVIGATIESYSTEEM
Bedieningshandleiding

Nederlands
- 2 -
Belangrijk
■Voorzorgsmaatregelen .... 5
Opmerkingen over het interne geheugen ......... 5
Over deze handleiding............................................... 5
■Onderdelen en
bedieningsknoppen ......... 6
Hoofdapparaat.............................................................. 6
Uw product beschermen tegen diefstal .............. 8
■Basisbediening ................. 9
Opmerkingen over het gebruik van het LCD-
paneel........................................................................ 9
De hoek van het LCD-paneel afstellen ................. 9
De microprocessor resetten ..................................... 9
Afstandsbediening .................................................... 10
Het apparaat starten ................................................. 10
Het navigatiesysteem opstarten .......................... 11
Gebruik van het aanraakpaneel............................ 12
Beginmenuscherm .................................................... 15
■Navigatie ......................... 17
Overzicht van menuscherm en
bedieningen.......................................................... 17
Kaartscherm ................................................................ 18
Een bestemming zoeken ........................................ 24
De navigatie starten ................................................. 32
De huidige route controleren en wijzigen ....... 32
Een locatie opslaan in [Opgeslagen locatie].... 38
Een route opslaan in [Opgeslagen routes] ....... 41
Realtime verkeersinformatie (TMC)
ontvangen............................................................. 42
Nuttige informatie over uw reis bekijken ......... 45
Navigatie-instellingen.............................................. 50
De kaart bijwerken.................................................... 62
■Bluetooth ......................... 63
Bluetooth-verbinding .............................................. 63
Bluetooth-instellingen............................................. 63
Handsfree telefoneren............................................. 64
Bluetooth-audio ......................................................... 69
■Wi-Fi.................................. 72
Wi-Fi-verbinding ........................................................ 72
Wi-Fi-instellingen....................................................... 72
Wi-Fi-audio................................................................... 73
■AV-bron ............................ 74
Ondersteunde AV-bron ........................................... 74
Het AV-bedieningsscherm weergeven.............. 74
Een bron selecteren .................................................. 75
De weergavevolgorde van bronnen
wijzigen .................................................................. 76
Het bereik van het gebied van de favoriete
bronpictogrammen aanpassen..................... 76
■Instelling voor iPod/iPhone
of smartphone................. 77
iPod/iPhone ................................................................. 77
Smartphone (Android™-toestel) .......................... 78
■Digitale radio................... 79
Digitale radio bediening van de radio ............... 79
Startprocedure ........................................................... 79
Basisbediening ........................................................... 80
DAB-instellingen ........................................................ 81
Inhoudsopgave
Hartelijk dank voor de aanschaf van dit
Pioneer-product.
Lees deze instructies om goed te leren
werken met dit model. Bewaar dit
document na het lezen op een veilige
plaats zodat u het later opnieuw kunt
raadplegen.
De schermafbeelding die in de
voorbeelden worden getoond, kan
verschillen van de feitelijke
schermafbeeldingen, die zonder
voorafgaande kennisgeving kunnen
worden gewijzigd om verbeteringen in
de prestaties en de functies te
bewerkstelligen.

Nederlands
- 3 -
■Radio................................ 83
Startprocedure............................................................ 83
Basisbediening............................................................ 83
De frequenties van de sterkste zenders opslaan
(BSM)........................................................................ 84
Radio-instellingen...................................................... 84
■Disc................................... 87
Een disc inbrengen en uitwerpen ........................ 87
Basisbediening............................................................ 88
■Gecomprimeerde
bestanden ....................... 92
Media inbrengen en uitwerpen............................ 92
Startprocedure............................................................ 94
Basisbediening............................................................ 95
■iPod ................................ 101
Uw iPod aansluiten................................................. 101
Basisbediening......................................................... 101
■WebLink™ ...................... 105
WebLink gebruiken ................................................ 105
Startprocedure......................................................... 105
Gebruik van de audiomixfunctie....................... 107
■Apple CarPlay................ 108
Apple CarPlay gebruiken...................................... 108
De rijpositie instellen ............................................. 108
Startprocedure......................................................... 109
Het volume aanpassen.......................................... 110
■Android Auto™ .............. 112
Android Auto gebruiken....................................... 112
De rijpositie instellen ............................................. 112
Startprocedure......................................................... 113
Het volume aanpassen.......................................... 114
De functie voor automatisch starten
instellen ............................................................... 115
■HDMI .............................. 116
Startprocedure......................................................... 116
Basisbediening......................................................... 116
■AUX ................................ 117
Startprocedure......................................................... 117
Basisbediening......................................................... 118
■AV-ingang ...................... 119
Startprocedure ......................................................... 119
Basisbediening ......................................................... 120
■Draadloos spiegelen ..... 121
Startprocedure ......................................................... 121
Basisbediening ......................................................... 122
■Informatie over
voertuigapparatuur...... 123
De Voertuig-buisadapter gebruiken................. 123
Informatie over gedetecteerde obstakels
weergeven........................................................... 124
De operationele status van het venster voor
klimaatbeheersing weergeven.................... 124
■Instellingen.................... 125
Het instellingenscherm weergeven.................. 125
Systeem-instellingen.............................................. 125
Thema-instellingen................................................. 137
Audio-instellingen................................................... 140
Video-instellingen ................................................... 147
■Favorietenmenu ............ 151
Een snelkoppeling maken .................................... 151
Een snelkoppeling selecteren............................. 151
Een snelkoppeling verwijderen.......................... 151
■Andere functies ............. 152
De datum en tijd instellen .................................... 152
De breedbeeldstand veranderen....................... 152
De video voor het achterdisplay
selecteren ............................................................ 153
De antidiefstalfunctie instellen........................... 154
Het product terugstellen op de
standaardinstellingen ..................................... 156
■Aanhangsel.................... 157
Storingen verhelpen............................................... 157
Foutberichten ........................................................... 159
Plaatsbepalingstechnologie................................ 164
Wanneer er ernstige fouten optreden ............. 166
Informatie over de routebepaling ..................... 170
Omgaan met en verzorging van de discs ....... 171
Afspeelbare discs..................................................... 172
Gedetailleerde informatie voor afspeelbare
media .................................................................... 173

Nederlands
- 4 -
Bluetooth ................................................................... 179
Wi-Fi ............................................................................. 179
SDXC ............................................................................ 179
WMA/WMV ................................................................ 179
FLAC............................................................................. 179
DivX.............................................................................. 180
AAC............................................................................... 180
WebLink...................................................................... 180
Waze............................................................................. 181
Google™, Google Play, Android ......................... 181
Android Auto ............................................................ 181
Gedetailleerde informatie over de aangesloten
iPod-apparaten ................................................. 181
Gebruik van app-gebaseerde verbonden
content................................................................. 182
HDMI............................................................................ 183
IVONA Text-to-Speech........................................... 183
Opmerking over het bekijken van video’s...... 183
Opmerking over het bekijken van
DVD-Video .......................................................... 183
Opmerking over het gebruik van MP3-
bestanden........................................................... 183
Opmerking over openbronlicenties................. 184
Kaartgebied............................................................... 184
Correct gebruik van het LCD-scherm............... 184
Specificaties .............................................................. 185

Nederlands
- 5 -
•Als de accu wordt losgekoppeld of leeg raakt, wordt het geheugen gewist en moet u
het toestel opnieuw programmeren.
•De informatie wordt gewist door de gele kabel van de accu los te maken (of de accu
zelf te verwijderen).
•Sommige instellingen en opgeslagen gegevens worden niet teruggezet naar de
begininstelling.
In deze handleiding worden afbeeldingen van echte schermweergaven getoond om de
werking van dit product ui te leggen. Afhankelijk van het model dat u gebruikt kunnen
de afbeeldingen echter afwijken van de werkelijke beeldschermweergave.
Voorzorgsmaatregelen
Opmerkingen over het interne geheugen
Over deze handleiding
Betekenis van symbolen die in deze handleiding worden gebruikt
Dit geeft de modelnamen aan die de beschreven bewerkingen ondersteunen.
Hiermee wordt u gevraagd de geschikte schermtoets op het aanraakscherm aan te
raken.
Hiermee wordt u gevraagd de geschikte schermtoets op het aanraakscherm aan te
raken en vast te houden.
Z000DAB

- 6 -
Nederlands
Onderdelen en
bedieningsknoppen
Hoofdapparaat
Z920DAB Z820DAB

Nederlands
- 7 -
LCD-scherm
VOL (+/-)
Druk hierop om te schakelen tussen het applicatiescherm en het AV-
bedieningsscherm.
Houd ingedrukt om over te schakelen naar de cameraweergavemodus.
OPMERKING
Zet [Ingang camera achter] op [Aan] of [AV ingang] op [Camera] (pagina 126)
om de stand cameraweergave met deze knop te activeren.
Druk hierop om het beginmenuscherm weer te geven.
Houd ingedrukt om het apparaat uit te schakelen. Druk op een willekeurige
knop om het apparaat weer aan te zetten.
Druk hierop om de menubalk (pagina 13) weer te geven.
Houdt ingedrukt om het geluid te dempen of weer te geven.
Druk hierop om het hoofdmenu weer te geven of om naar het vorige scherm
terug te keren.
Houd ingedrukt om het beeldscherm uit te schakelen.
Druk hierop om de spraakherkenning met een aangesloten iPhone of
smartphone te activeren.
Druk in en houd ingedrukt om de lijst met aansluitbare apparaten of het
zoekscherm voor apparaten weer te geven.
RESET Druk hierop om de microprocessor te resetten (pagina 9).
SD-kaartsleuf Raadpleeg Plaatsen of verwijderen van de SD-geheugenkaart (pagina 92).
Auto EQ
microfoon
ingangsstekker
Gebruik deze om een microfoon voor geluidsmeting (los verkrijgbaar) aan te
sluiten.
Disc-laadsleuf Raadpleeg Een disc inbrengen en uitwerpen (pagina 87).
Afneembare frontplaat
Verwijder de afneembare frontplaat van het product.
Z720DAB Z620BT Z7210DAB Z6210BT

- 8 -
Nederlands
LET OP
•Stel de afneembare frontplaat niet bloot aan harde schokken en probeer hem niet te demonteren.
•Pak nooit de toetsen hard vast en oefen geen druk uit bij het verwijderen of bevestigen van de
afneembare frontplaat.
•Houd de afneembare frontplaat uit de buurt van kleine kinderen om te voorkomen dat zij deze in hun
mond steken.
•Bewaar de afneembare frontplaat op een veilige plek zodat deze niet bekrast of beschadigd raakt.
•Stel de afneembare frontplaat niet aan direct zonlicht en hoge temperaturen bloot.
•Zet de contactschakelaar uit (ACC OFF) voordat u de afneembare frontplaat verwijdert of bevestigt.
1Druk op de -knop.
2Pak de onderkant van de afneembare frontplaat voorzichtig vast en trek de
frontplaat langzaam naar buiten.
Afneembare frontplaat
1Schuif de afneembare frontplaat helemaal in het product.
2Druk tegen het onderste gedeelte van de afneembare frontplaat totdat u een klik
hoort.
Uw product beschermen tegen diefstal
De afneembare frontplaat verwijderen
De afneembare frontplaat bevestigen
Z720DAB Z620BT Z7210DAB Z6210BT

Nederlands
- 9 -
WAARSCHUWING
•Houd uw handen en vingers weg van dit product wanneer u het LCD-paneel opent, sluit of afstelt. Let
vooral op de handen en vingers van kinderen.
•Niet gebruiken terwijl het LCD-paneel open is. Dit kan leiden tot letsels bij ongevallen.
LET OP
•Open en sluit het LCD-paneel niet met geweld. Dit kan resulteren in een defect.
•Gebruik dit product niet zolang het LCD-paneel niet volledig geopend of gesloten is. Als dit product
wordt bediend terwijl het LCD-paneel aan het openen of sluiten is, kan het LCD-paneel om
veiligheidsredenen tussentijds stoppen.
•Plaats geen glas of blikje op het geopende LCD-paneel.
1Druk op .
2Tik op of om de hoek van het LCD-paneel aan te passen.
3Tik op .
Terugkeren naar het vorige scherm.
LET OP
•Druk op de knop RESET om de instellingen en het opgenomen materiaal naar de fabrieksinstellingen
terug te zetten.
– Voer deze handeling niet uit als er een apparaat is aangesloten op dit product.
– Sommige instellingen en opgeslagen gegevens worden niet teruggezet naar de begininstelling.
•De microprocessor moet in de volgende gevallen worden gereset:
– Vóór het eerste gebruik na installatie van dit product.
– Als het product niet correct werkt.
– Als het systeem niet naar behoren werkt.
– Als de positie van uw voertuig op de kaart aanzienlijk afwijkt van de feitelijke positie.
1Schakel de contactschakelaar UIT.
Basisbediening
Opmerkingen over het gebruik van het LCD-paneel
De hoek van het LCD-paneel afstellen
De microprocessor resetten
Z920DAB Z820DAB
Z920DAB Z820DAB

- 10 -
Nederlands
2Druk met de punt van een pen of een ander puntig voorwerp op RESET.
De instellingen en opgeslagen gegevens worden teruggezet naar de
fabrieksinstellingen.
De afstandsbediening CD-R33 wordt afzonderlijk verkocht. Lees de handleiding van de
afstandsbediening voor het gebruik ervan.
1Start de motor om het systeem op te starten.
Het scherm [Taal program. kiezen] verschijnt.
OPMERKINGEN
•Vanaf de tweede keer zal het weergegeven scherm verschillen, afhankelijk van de voorgaande
omstandigheden.
•Vanaf de tweede keer voert u het wachtwoord voor de antidiefstalfunctie in als het scherm voor
het invoeren van het wachtwoord verschijnt.
2Tik op de gewenste taal.
3Tik op .
Het scherm [Instellingen luidsprekermodus] verschijnt.
4Tik op de luidsprekerstanden.
[Standaardmodus]
Systeem met 4 luidsprekers, bestaande uit luidsprekers vóór en achter, of een
systeem met 6 luidsprekers, bestaande uit luidsprekers vóór en achter en
subwoofers.
[Netwerkmodus]
3-wegsysteem met een luidspreker voor de hoge tonen, een luidspreker voor de
middentonen en een subwoofer (luidspreker voor de lage tonen) voor de weergave
van hoge, midden- en lage frequenties (bereik).
WAARSCHUWING
Gebruik het apparaat niet in Standaardmodus wanneer een luidsprekersysteem voor 3-weg
Netwerkmodus op het apparaat is aangesloten. Dit kan de luidsprekers beschadigen.
5Tik op .
Het scherm [STROOM DAB-ANTENNE] verschijnt.
Afstandsbediening
Het apparaat starten
Z920DAB Z820DAB Z720DAB Z7210DAB
Z620BT
Z6210BT

Nederlands
- 11 -
Het scherm met de juridische disclaimer verschijnt als eerste. Ga door naar stap 7.
6Tik op [Ja] en gebruik vervolgens [OK] om het vermogen van de DAB-antenne te
gebruiken (pagina 82).
Het scherm met de juridische disclaimer verschijnt als eerste.
7Tik op [OK].
Het beginmenuscherm verschijnt.
OPMERKING
Na het instellen van de luidsprekerstand kan de instelling niet worden gewijzigd tenzij dit product naar
de standaardinstellingen wordt teruggezet. Zet de standaardinstellingen terug om de instelling van de
luidspreker te wijzigen (pagina 156).
Om de luidsprekerstand te veranderen, moet u dit product naar de
standaardinstellingen terugzetten.
1Zet de standaardinstelling terug (pagina 156).
Wanneer u de navigatiefunctie de eerste keer gebruikt, wordt er automatisch een
installatieproces gestart. Volg de onderstaande stappen.
TIP
U kunt de taal later wijzigen met [Regionaal] in het scherm [Instellingen]. Andere instellingen kunnen
later opnieuw worden gestart met [Start configuratiewizard] in het scherm [Instellingen].
1Druk op .
2Tik op .
3Tip de taal aan die u in het navigatiescherm wilt gebruiken, tip vervolgens [Kies]
aan.
Van luidsprekerstand veranderen
Het navigatiesysteem opstarten

- 12 -
Nederlands
4Lees de voorwaarden zorgvuldig, controleer de details en tip vervolgens
[Akkoord] aan als u akkoord gaat.
5Tip [Volgende] aan.
6Selecteer de gewenste taal voor de stembegeleiding en tip [Volgende] aan.
7Wijzig de instellingen van het toestel indien nodig en tip [Volgende] aan.
8Wijzig de standaardopties voor routeplanning indien nodig en tip [Volgende]
aan.
9Tik op [Afsluiten].
U kunt het product bedienen door met uw vingers op de schermtoetsen te tikken.
OPMERKING
Raak het scherm voorzichtig alleen met uw vingers aan om het LCD-scherm tegen beschadiging te
beschermen.
: Terugkeren naar het vorige scherm.
: Het scherm sluiten.
Gebruik van het aanraakpaneel
Algemene toetsen op het aanraakpaneel
Lijstschermen bedienen
Bij aantippen van een item in de lijst kunt u de opties beperken en doorgaan
naar de volgende bedieningsstap.

Nederlands
- 13 -
1Druk op .
De menubalk verschijnt op het scherm.
OPMERKING
De beschikbaarheid van de menubalk kan afwijken, afhankelijk van de activerende bron.
Verschijnt als niet alle tekst wordt weergegeven in het weergavegebied.
Als u de toets aantipt, wordt de rest verschoven en weergegeven.
OPMERKING
Deze functie kan alleen worden gebruikt als u het voertuig op een veilige plaats
parkeert en het voertuig op de handrem zet.
Verschijnt als de items niet op een enkele pagina kunnen worden
weergegeven.
Versleep de schuifbalk, de initiële zoekbalk of de lijst om verborgen items in beeld
te brengen.
Gebruik van de tijdbalk
U kunt het afspeelpunt wijzigen door de toets te verslepen.
Als u de toets versleept, wordt de weergavetijd weergegeven voor de positie van
de toets.
Werking van de menubalk
Schakelt de duur van de dimmer in voor overdag of 's nachts.
Schakelt tussen afspelen en pauzeren.

- 14 -
Nederlands
1Tik op .
De verborgen functietoets wordt weergegeven.
OPMERKING
Deze toets verschijnt niet voor sommige AV-bronnen.
Bestanden vooruit of achteruit overslaan.
Spoelt snel achteruit of vooruit.
Geeft het instellingenmenu weer (pagina 125).
Sluit de menubalk.
Het bedieningsspaneel omschakelen
Gebruik van het toetsenbord op het scherm
Toont de tekens die zijn ingevoerd.
Verplaatst de cursor een aantal tekens naar rechts of naar links, gelijk aan het aantal
keren dat de toets wordt aangetipt.
Voert de tekens in het tekstvak in.

Nederlands
- 15 -
Verwijdert de ingevoerde tekst links van de cursor letter voor letter.
Door de toets aangetipt te houden, worden de letters links van de cursor snel een voor
een verwijderd.
Bevestigt de invoer en gaat door naar de volgende stap.
Voert een spatie in.
Hiermee schakelt u tussen letters en cijfers/symbolen.
Schakelt tussen hoofdletters en kleine letters.
Beginmenuscherm
Favoriete bronpictogrammen
TIPS
•Wanneer u het externe navigatiesysteem op dit apparaat aansluit, verschijnt
rechts in het midden van het beeldscherm de toets van de navigatiestand.
•Als u [Power OFF] selecteert, kunt u bijna alle functies uitschakelen. De stand
[Power OFF] wordt in de volgende gevallen vrijgegeven.
– Een inkomende oproep wordt ontvangen (alleen voor handsfree bellen via
Bluetooth).
– Er verschijnt beeld op het scherm van de achteruitkijkcamera wanneer het
voertuig achteruit rijdt.
– Er wordt een knop op dit apparaat ingedrukt.
– De contactschakelaar wordt uitgeschakeld (ACC OFF) en vervolgens
ingeschakeld (ACC ON).

- 16 -
Nederlands
AV/Apparaatbron bedieningstoets.
Geeft de huidige bron weer.
TIP
Wanneer achter de toets de laatste bron wordt weergegeven, dan kunt u van bron
wisselen door op de toets te tikken.
De datum en tijd instellen (pagina 152)
Instellingen (pagina 125) en het menu Favoriet (pagina 151)
Aangesloten apparaat-toets
Toont het aangesloten apparaat.
Schakelt van bron of van toepassing met aangesloten apparaten, zoals WebLink,
extern navigatiesysteem, Apple CarPlay, Android Auto.
TIPS
•Wanneer een apparaat met een compatibele applicatie aangesloten is, dan
verschijnt de applicatietoets. Wanneer de toets verschijnt, kunt u het bereik van
het gebied van de favoriete applicatie met de volgende stappen aanpassen.
1Tik op en houd deze aangetikt.
verschijnt rechtsboven van de favoriete applicatietoets.
2Versleep naar de gewenste positie.
Om het aanpassen te voltooien tikt u op een plek op het scherm,
behalve op de favoriete applicatietoets.
•U kunt met behulp van de volgende stappen ook het nog aan te sluiten mobiele
apparaat wisselen.
1Tik op .
2Tik op .
3Kies het gewenste apparaat en volg de instructie.
Tik op voor de eerste draadloze verbinding met het apparaat.
OPMERKING
Deze functie kan alleen worden gebruikt als u het voertuig op een veilige plaats
geparkeerd heeft en het voertuig op de parkeerrem heeft gezet.
AV-bron (pagina 74)
Handsfree telefoneren (pagina 64)
Geeft het kaartscherm weer.

Nederlands
- 17 -
1Druk op .
2Tik op .
Het hoofdmenuscherm verschijnt.
Hoofdscherm
Navigatie
Overzicht van menuscherm en bedieningen
Terugkeren naar het kaartscherm.
Meldingen met belangrijke informatie.
De vorige of volgende pagina van het navigatiemenu weergeven.
De locaties die u als favorieten hebt opgeslagen.
Wisselen tussen de weergavemodi 2D, 3D en 2D Noorden boven.
Het [Gebruikersprofielen]-scherm waarin u nieuwe profielen kunt maken en
bestaande profielen kunt bewerken. Als meerdere bestuurders dit product
gebruiken, kunnen ze hun eigen profiel maken met hun eigen instellingen.
Als u een nieuw profiel selecteert, wordt dit product opnieuw opgestart om
de nieuwe instellingen toe te passen.

- 18 -
Nederlands
De meeste informatie die het navigatiesysteem geeft, is te zien op de kaart. Maak uzelf
vertrouwd met de wijze waarop informatie op de kaart verschijnt.
Navigatie-items
De bestemming zoeken met de beschikbare functies (pagina 24).
De route samenstellen of de huidige ingestelde route bewerken (pagina 32).
Het verkeersscherm tonen (pagina 42).
Nuttige informatie voor onderweg tonen (pagina 45).
De instellingen met betrekking tot navigatie configureren (pagina 50).
Informatie weergeven over het navigatiesysteem (bv. de versie-informatie of
de licentie).
Pictogrammen op het hoofdmenuscherm bij een geplande route
(verschijnen alleen wanneer er een route is gepland)
Een tussenpunt toevoegen (pagina 34).
Alternatieve routes weergeven, delen van de route die u moet
vermijden, of bepaalde wegen in uw geplande route die u moet
vermijden.
De gehele route op de kaart weergeven, en routeparameters en
alternatieve routes.
De route of een tussenpunt verwijderen.
Routebegeleiding stoppen en hervatten.
Kaartscherm

Nederlands
- 19 -
OPMERKING
Afhankelijk van de voorwaarden en basisinstellingen worden bepaalde onderdelen niet weergegeven.
* De informatie wordt alleen weergegeven als er een route is ingesteld.
▶AV-informatiebalk
AV-informatie wordt onderin het kaartscherm weergegeven.
Het kaartscherm aflezen
*Het nummer en de naam van de te gebruiken straat (of het volgende
begeleidingspunt) weergeven.
*Het volgende begeleidingspunt (richtingswijziging) weergeven. De soort gebeurtenis
(bocht, rotonde, snelwegafrit, e.d.) wordt weergegeven (pagina 22).
*De afstand tot het volgende begeleidingspunt (richtingswijziging) weergeven.
*De tweede volgende richtingswijziging weergeven.
Toont de huidige locatie van uw voertuig. De punt van de driehoek geeft aan in welke
richting u rijdt en het teken beweegt automatisch met het rijden mee.
OPMERKING
Als er geen GPS-positie is, is de driehoek doorzichtig. Hij geeft uw laatst bekende positie
aan.
Het gegevensveld weergeven.
De naam van de straat (of stad) waarin het voertuig zich nu bevindt.
*De huidige route weergeven. De nu ingestelde route wordt in kleur op de kaart
aangegeven.
*De voortgang tot de eindbestemming aangeven.

- 20 -
Nederlands
Standaard keert de kaart terug naar de voorgeprogrammeerde schaal (volgens de
instelling in [Gezichtspunt] van de [Navigatiekaart]-instellingen) wanneer de kaart met
de huidige positie wordt getoond, ook als de schaal van de verschoven kaart is
gewijzigd. Volg deze procedure als u de schaal van de kaart met de huidige positie wilt
wijzigen.
1Druk op en tik vervolgens op .
2Tik op en vervolgens op [Instellingen].
3Tik op [Navigatiekaart] en vervolgens op [Kaartweergave].
4Tik op [Gezichtspunt].
5Versleep het pop-upvenster en tik op [Manueel].
6Druk op .
7Tip of aan.
▶Smart-zoom
Uw navigatiesysteem is uitgerust met een “Smart-zoom” die op twee manieren werkt.
Tik hierop om de AV-bronnenlijst weer te geven.
Toont kort de huidige status van de AV-bron.
Tik hierop om het telefoonmenuscherm weer te geven (pagina 64).
De schaal van de kaart handmatig wijzigen

Nederlands
- 21 -
•Als de route is ingesteld:
Als u een bocht nadert, zal “Smart-zoom” inzoomen en gaat de kijkhoek omhoog
zodat u gemakkelijk kunt zien wat de richtingswijziging bij het volgende knooppunt
is. Als de volgende bocht nog ver weg is, wordt er uitgezoomd en gaat de kijkhoek
omlaag totdat deze vlak is en u de weg voor u kunt zien.
•Als de route niet is ingesteld:
“Smart-zoom” zoomt in wanneer u langzaam rijdt en zoomt uit wanneer u met hoge
snelheid rijdt.
U kunt instellen hoe de kaart wordt weergegeven. Voor de 2D-kaartweergave kunt u
kiezen tussen “In de rijrichting” en “Noorden boven”.
1Druk op .
2Tik op .
3Tik op de volgende toets.
Telkens als u op de toets tikt, verandert de instelling.
1Druk op .
Wisselen tussen de weergaven 2D, 3D en 2D Noorden boven
In de rijrichting De kaart geeft de richting van het voertuig altijd zo weer dat het voertuig
zich naar de bovenkant van het scherm beweegt.
Noorden boven De kaart toont het noorden altijd bovenaan het scherm.
OPMERKING
De oriëntatie van de kaart is vast ingesteld op “In de rijrichting” wanneer het 3D-
kaartscherm wordt weergegeven.
Geeft aan dat momenteel de 2D-weergavemodus In de rijrichting is
geselecteerd.
Geeft aan dat momenteel de 3D-weergavemodus In de rijrichting is
geselecteerd.
OPMERKING
De schaal van de kaart in de 3D-weergavemodus kan beperkt worden gewijzigd.
Als de kaart verder wordt uitgezoomd, wordt er overgeschakeld naar de 2D-kaart.
Geeft aan dat momenteel de 2D-weergavemodus Noorden boven is
geselecteerd.
De kaart naar de plaats verschuiven die u wilt zien

- 22 -
Nederlands
2Tip de kaart op een willekeurige plaats aan, en sleep deze in de gewenste richting
om hem te verschuiven.
Als u de cursor op de gewenste locatie plaatst, verschijnt bovenaan het scherm
beknopte informatie over de locatie met de straatnaam en andere gegevens.
3Tik op .
De kaart keert terug naar de huidige positie.
TIP
Als u op drukt, keert de kaart terug naar de huidige positie.
▶Bedieningstoetsen op de verschoven kaart
Kaartscherm (verschoven kaart)
Wanneer de routebegeleiding begint, levert het systeem verschillende soorten
begeleiding via stemberichten, tekstaanwijzingen en tekens.
▶Route-gebeurtenissen die vaak worden getoond
Hieronder ziet u voorbeelden van getoonde richtingswijzigingen.
De weergavemodus voor de kaart wijzigen.
De huidige kaartmodus wordt weergegeven op de bedieningstoets.
In- of uitzoomen op de kaart.
U kunt ook in- of uitzoomen door twee vingers op de kaart samen te knijpen of te
spreiden.
De kaart rechts- of linksom draaien.
Rotatie van de kaart annuleren.
De kijkhoek van de kaart omhoog of omlaag brengen.
De verticale kijkhoek van de kaart kan alleen in de 3D-modus worden gewijzigd.
Routebegeleiding

Nederlands
- 23 -
OPMERKING
Als deze gegevens niet voorhanden zijn in de kaartgegevens, is deze informatie niet beschikbaar, ook
al ziet u de betreffende aanduidingen op of aan de weg.
TIP
Als u [Snelwegdiensten aanbieden] aanzet, verschijnt wanneer u op snelwegen rijdt. Tik op het
pictogram om informatie over de volgende afritten of benzinestations te openen. Daarnaast kunt u
ook op een item tikken om de locatie ervan op de kaart weer te geven. U kunt het gemakkelijk instellen
als tussenpunt.
Linkerbocht, rechterbocht, omdraaien.
Links afslaan op de rotonde, 3de afslag (volgende
richtingswijziging).
Rotonde oprijden (tweede volgende richtingswijziging).
Snelwegoprit of -afrit.
Veerboot oprijden of afrijden.
Nadering van de bestemming of een tussenpunt.
Informatie over de rijstroken
Als u op een weg met meerdere rijstroken rijdt, moet u de juiste
rijstrook kiezen om de aanbevolen route te kunnen volgen.
Wegwijzers
Bovenaan de kaart worden aanduidingen getoond.
Knooppuntweergave
Als u een ingewikkelde kruising nadert, wordt de kaart vervangen
door een 3D-weergave van het knooppunt.

- 24 -
Nederlands
De gegevensvelden verschillen wanneer u een route volgt en wanneer u geen
bestemming hebt ingesteld. Zo geeft het gegevensveld bijvoorbeeld de volgende
informatie.
•Als de route is ingesteld:
De afstand tot de eindbestemming, de tijd die nodig is om de eindbestemming te
bereiken en de geschatte aankomsttijd worden weergegeven.
•Als de route niet is ingesteld:
De richting of de hoogte wordt weergegeven.
OPMERKINGEN
•Als u het veld aantipt en vasthoudt, wordt het instelscherm voor dat veld weergegeven. Raadpleeg
voor meer informatie pagina 58.
•De geschatte aankomsttijd is een ideale waarde die wordt berekend op basis van de waarde voor de
maximumsnelheid die is ingesteld in [Max.snelh.] bij de instelling voor het type voertuig, en op de
werkelijke rijsnelheid. De geschatte aankomsttijd is slechts een referentiewaarde en garandeert niet
dat u ook daadwerkelijk op dat tijdstip zult aankomen. Raadpleeg voor meer informatie pagina 51.
Gebruik het adres of een andere functie om naar een bestemming of een tussenpunt te
zoeken.
U kunt een bestemming ook instellen door op de kaart op het scherm te tikken.
Bladeren in het gegevensveld
Een bestemming zoeken

Nederlands
- 25 -
Zodra de bestemming is ingesteld, drukt u op [Start navigatie] en begint het systeem
met de navigatie (pagina 32).
LET OP
Voor uw en andermans veiligheid zijn deze functies voor het instellen van de route niet beschikbaar
wanneer uw voertuig in beweging is. Om deze functies in te schakelen, moet u eerst op een veilige
plaats stoppen en de handrem aantrekken.
OPMERKING
Bepaalde informatie over de verkeersregels hangt af van het tijdstip waarop de route wordt berekend.
Het is dus mogelijk dat de informatie niet overeenstemt met een bepaalde verkeersregel wanneer uw
voertuig de betreffende plaats daadwerkelijk passeert. Bovendien geldt de informatie over de
verkeersregels voor een personenauto en niet voor een truck of andere bedrijfsauto's. Houd u altijd aan
de werkelijke verkeersregels wanneer u aan het rijden bent.
1Druk op .
2Tik op .
3Tik op [Nieuwe route].
Het volgende scherm verschijnt.
Een bestemming voorstellen op basis van uw gebruikelijke routes en
variabelen zoals de huidige tijd, de dag van de week en uw huidige
locatie.
De vorige of de volgende pagina van het menu voor zoeken naar een
bestemming weergeven.
Naar een locatie zoeken door het specifieke adres in te voeren
(pagina 26).
Naar diverse diverse plaatsen (Nuttige plaatsen - POI), zoals
benzinestations, accommodaties enz. zoeken door de categorie te
selecteren (pagina 26).
Een bestemming selecteren uit de opgeslagen locaties (pagina 28).
Naar een locatie zoeken bij de recent bezochte plaatsen (pagina 29).

- 26 -
Nederlands
Zoek naar een bestemming waarvoor het adres is opgegeven.
TIP
Afhankelijk van de zoekresultaten is het mogelijk dat sommige stappen worden overgeslagen.
1Tik op [Adres].
2Selecteer het [Land].
Stelt standaard het land voor waar u zich nu bevindt.
Als u het zoekgebied wilt wijzigen, selecteert u een ander land.
3Selecteer de [Stad of postcode].
Stelt standaard de stad voor waar u zich nu bevindt.
U kunt de stad selecteren aan de hand van de postcode in plaats van de naam.
4Selecteer de [Straat].
Als de straatnaam niet beschikbaar is, tikt u op [Ga naar Stad] en selecteert u de stad.
Op deze manier wordt het midden van de geselecteerde stad de bestemming van de
route.
5Selecteer [Huisnummer of kruispunt selecteren].
Dit item wordt weergegeven nadat een straat is ingesteld. Als het huisnummer niet
beschikbaar is, tikt u op [Ga naar Straat] en selecteert u de straat. Op deze manier
wordt het midden van de geselecteerde straat de bestemming van de route.
Nadat u op het geselecteerde adres hebt getikt om het zoeken naar het adres te
voltooien, wordt de gevonden locatie op het kaartscherm weergegeven.
6Tik op [Als bestemming selecteren].
U kunt naar diverse plaatsen (Nuttige plaatsen – POI) zoeken door de categorie, bv.
benzinestations, accommodatie of restaurant, te selecteren.
▶POI's zoeken met behulp van de voorgeprogrammeerde categorieën
Met deze zoekmethode kunt u snel de meest geselecteerde typen POI's vinden.
1Tik op [Plaatsen].
Een bestemming selecteren uit de opgeslagen routes (pagina 29).
Naar een locatie zoeken door een breedte en een lengte in te voeren
(pagina 30).
Naar een locatie zoeken aan de hand van meerdere factoren
(pagina 29).
Een locatie aan de hand van het adres zoeken
Nuttige plaatsen (POI) zoeken

Nederlands
- 27 -
2Tip de categorie aan.
De voorgeprogrammeerde zoekcategorieën zijn als volgt.
•[Tankstation]
•[Accommodatie]
•[Restaurant]
•[Parkeren]
3Raak de POI aan.
De gezochte locatie wordt op het kaartscherm aangegeven.
TIP
Als u aantipt, kunt u de resultaten sorteren en de locatie van alle faciliteiten op de kaart tonen.
4Tik op [Als bestemming selecteren].
OPMERKINGEN
•Wanneer er geen route is ingesteld, worden POI's rondom de huidige positie gezocht.
•Wanneer ook de huidige positie niet beschikbaar is (geen GPS-signaal), worden POI's rondom de
laatst bekende positie gezocht.
•Wanneer er een route is ingesteld, wordt naar [Tankstation] en [Restaurant] gezocht langs de route,
en wordt naar [Accommodatie] en [Parkeren] gezocht in de buurt van de bestemming.
▶POI's zoeken op categorie of rechtstreeks op basis van de naam van de faciliteiten
U kunt naar POI's zoeken op basis van hun categorie of hun subcategorie. In elk van de
categorieën kunt u ook naar POI's zoeken op naam.
1Tik op [Plaatsen].
2Tik op [Zoeken in alle plaatsen].
3Tik op [In de omgeving] en selecteer het gebied waarin naar de POI's moet worden
gezocht.
•[Categorieweergave]:
U kunt selecteren of de POI-categorieën al dan niet worden weergegeven.
•[In de omgeving]:
Rondom de huidige positie zoeken. Of, als de huidige positie niet beschikbaar is,

- 28 -
Nederlands
rondom de laatst bekende positie. De resultaten worden getoond in volgorde van
de afstand vanaf deze positie.
•[In een plaats]:
Naar een plaats in een geselecteerde stad zoeken. De resultaten worden getoond
in volgorde van de afstand van het centrum van de geselecteerde stad.
•[Rondom bestemming]:
Naar een plaats in de buurt van de bestemming van de huidige route zoeken. De
resultaten worden getoond in volgorde van de afstand vanaf de bestemming.
(Deze toets is alleen actief wanneer de route al is ingesteld.)
•[Langs route]:
Langs de huidige route zoeken en niet rond een punt dat reeds is ingesteld. Dit is
handig als u een stoppunt zoekt dat slechts in een minimale omweg resulteert,
bijvoorbeeld een benzinestation of restaurant. De resultaten worden getoond in
volgorde van de lengte van de nodige omweg. (Deze toets is alleen actief wanneer
de route al is ingesteld.)
4Selecteer een van de categorieën, subcategorieën of merken om de plaatsen te
verfijnen.
TIP
Gebruik het toetsenbord om de naam van de plaats in te voeren als u op [Zoeken op naam] tikt.
5Raak de POI aan.
De gezochte locatie wordt op het kaartscherm aangegeven.
TIP
Als u aantipt, kunt u wijzigen hoe de resultaten worden gesorteerd.
6Tik op [Als bestemming selecteren].
Het opslaan van locaties die u vaak bezoekt bespaart u tijd en inspanning.
Door een item in de lijst te selecteren kunt u gemakkelijk een locatie opgeven.
OPMERKING
Deze functie is beschikbaar als er locaties zijn geregistreerd in [Opgeslagen locatie], waarin twee
voorgeprogrammeerde categorieën te vinden zijn: [Thuis] en [Werk] (pagina 38).
1Tik op [Opgeslagen locatie].
2Tip het item aan.
De gezochte locatie wordt op het kaartscherm aangegeven.
3Tik op [Als bestemming selecteren].
TIP
U kunt de details van opgeslagen locaties bewerken door op en vervolgens op [Bewerken] te
tikken.
Een bestemming selecteren uit opgeslagen locaties

Nederlands
- 29 -
Het opslaan van routes die u vaak gebruikt, bespaart u tijd en inspanning.
OPMERKING
Deze functie is beschikbaar als er routes zijn geregistreerd in [Opgeslagen routes] (pagina 41).
1Tik op [Opgeslagen routes].
2Tip het item aan.
3Tik op [Route weergeven].
4Tik op [Start navigatie].
TIP
U kunt de eindbestemming wijzigen of tussenpunten toevoegen in [Routeplanner] (pagina 32).
De plaatsen die u voorheen hebt ingesteld als bestemmingen of tussenpunten worden
automatisch opgeslagen in [Historiek].
1Tik op [Historiek].
2Tip het item aan.
De gezochte locatie wordt op het kaartscherm aangegeven.
3Tik op [Als bestemming selecteren].
Met de functie [Gecombineerd zoeken] kunt u snel een plaats vinden met behulp van de
naam en het zoekgebied.
TIP
Met de functie [Gecombineerd zoeken] kunt u ook naar opgeslagen gegevens zoeken.
1Tik op [Gecombineerd zoeken].
2Tip het rechter tekstvak aan en voer het land en de stad in.
3Voer in het linker tekstvak de naam, het adres of de categorie van de bestemming
in, en tip aan.
4Tip het item aan.
De gezochte locatie wordt op het kaartscherm aangegeven.
5Tip rechts van de lijst om de zoekresultaten te verfijnen.
Een bestemming selecteren uit opgeslagen routes
Een bestemming selecteren uit de geschiedenis
Een locatie zoeken met [Gecombineerd zoeken]

- 30 -
Nederlands
TIP
Als u het logo van een provider van kaartgegevens aantipt, kunt u de lijst verfijnen door de
resultaten van die provider te tonen.
6Tik op [Als bestemming selecteren].
Voer de breedtegraad en de lengtegraad in om de locatie te bepalen.
1Tik op [Coördinaat].
2Voer de breedtegraad in en tik op [OK].
TIP
Als u de coördinaten in UTM-indeling invoert, tikt u op en vervolgens op [UTM-coördinaten].
3Voer de lengtegraad in en tik op [GO!].
De gezochte locatie wordt op het kaartscherm aangegeven.
4Tik op [Als bestemming selecteren].
TIP
U kunt de breedtegraad en de lengtegraad in een van de volgende notaties weergeven: decimale
graden; graden en decimale minuten; of graden, minuten en decimale seconden.
OPMERKING
Als het tekstveld al een waarde bevat, verwijdert u eerst die waarde.
Wanneer u een locatie opgeeft nadat u de kaart hebt verschoven, kunt u de positie als
bestemming of tussenpunt instellen.
1Druk op .
2Tip de kaart op het scherm aan en versleep hem om hem te verschuiven.
3Tip de locatie aan die u als uw bestemming wilt selecteren.
De cursor verschijnt.
4Tik op [Als bestemming selecteren].
Nadat naar een locatie is gezocht, verschijnt het scherm [Locatie op kaart]. Voordat de
route wordt berekend kunt u een aantal opties voor de route of de getoonde
kaartlocatie selecteren.
Een locatie aan de hand van de coördinaten zoeken
Een locatie zoeken door de kaart te verschuiven
De routeopties selecteren

Nederlands
- 31 -
TIP
Als u op de kaart tikt, wordt de cursor op die positie geplaatst. U kunt de kaart ook verschuiven door ze
te verslepen.
Inzoomen/uitzoomen
TIP
U kunt de kaart ook in- en uitzoomen door hem met uw vingers te knijpen of te
verbreden.
Het scherm [Locatie op kaart] annuleren en de kaart van de huidige positie
weergeven.
De cursor naar de beginpositie terugzetten en de kaart naar de beginschaal
terugzetten.
Toont de voorkeuren van de routebepaling voor de routeberekening. Tik op
de toetsen om de voorkeur te activeren of te deactiveren.
: Als deze toets is geactiveerd, wordt een route berekend met voorkeur voor
snelwegen.
: Als deze toets is geactiveerd, wordt een route berekend met voorkeur voor
tolwegen waarvoor u per gebruik moet betalen.
: Als deze toets is geactiveerd, wordt een route berekend met voorkeur voor
veerboten.
: Als deze toets is geactiveerd, wordt een route berekend met voorkeur voor
carpoolstroken.
Terugkeren naar het vorige scherm.
Hiermee zet u de cursor op de bestemming (of tussenpunt).

- 32 -
Nederlands
1Tik nadat de bestemming is geselecteerd op [Als bestemming selecteren].
Het scherm met het overzicht van de route verschijnt en het aftellen begint. Als het
aftellen stopt, begint de begeleiding automatisch. Als u tijdens het aftellen het
scherm eender waar aantipt, stopt het aftellen en blijft het scherm zoals het is.
2Tik op [Start navigatie].
Uw navigatiesysteem begint met de routebegeleiding.
TIP
Zie pagina 22 voor meer informatie over het scherm met het overzicht van de route.
Wanneer de navigatie reeds is begonnen, zijn er een paar manieren om de huidige route
te wijzigen. In de volgende paragrafen worden enkele van de opties beschreven.
Met de functie [Routeplanner] (of [Mijn route]) kunt u een route samenstellen aan de
hand van een lijst met bestemmingen.
TIP
Als de route is ingesteld, kunt u deze bewerken met het menu [Mijn route].
1Druk op en tik vervolgens op .
2Tip [Routeplanner] of [Mijn route] aan.
3Tip een van de opties aan.
De snelkoppelingen weergeven.
•[Uitgebreide informatie]:
De gedetailleerde informatie van het punt tonen.
•[Locatie opslaan]:
De weergegeven locatie opslaan als uw favoriete locatie. De opgeslagen locatie
kan later gemakkelijk worden opgeroepen.
•[Plaatsen rondom cursor]:
Naar POI's in de buurt van de weergegeven locatie zoeken. Tik op de POI om het
scherm [Locatie op kaart] te tonen en de POI in te stellen als de bestemming (of
een tussenpunt).
De navigatie starten
De huidige route controleren en wijzigen
Een route samenstellen met [Routeplanner]

Nederlands
- 33 -
Startpositie (standaard wordt de huidige positie van het voertuig ingesteld en wordt
[Huidige GPS-positie] weergegeven.) (pagina 34)
De route berekenen en het scherm [Routesamenvatting] tonen.
De opties voor de locatie tonen.
[Naar boven]/[Naar beneden]:
De volgorde bewerken waarin u de locaties wilt bezoeken.
[Wissen]:
De bestemming of het tussenpunt verwijderen.
[Locatie opslaan]:
De locatie opslaan in [Opgeslagen locatie] (pagina 38).
[Wijzigen]:
De bestemming of het tussenpunt in een andere locatie wijzigen.
[Op de kaart tonen]:
De geselecteerde locatie op de kaart tonen.
De snelkoppelingen weergeven.
[Alles wissen]:
Alle tussenpunten en de bestemming verwijderen. Tik op [Doorgaan zonder route] om de
geplande route te annuleren.
[Tussenpunten optimaliseren]:
De volgorde van tussenpunten automatisch wijzigen zodat de route eenvoudig kan worden
afgelegd. (Als de resulterende volgorde gelijk is aan de huidige volgorde, is deze optie
ongeldig.)
[Route optimaliseren]:
De volgorde van alle tussenpunten en de bestemming automatisch wijzigen zodat de route
eenvoudig kan worden afgelegd. (Als de resulterende volgorde gelijk is aan de huidige
volgorde, is deze optie ongeldig.)
Een nieuw tussenpunt invoegen.
Een nieuwe bestemming toevoegen en de huidige bestemming in het laatste
tussenpunt wijzigen.

- 34 -
Nederlands
▶De beginpositie wijzigen
De beginpositie van de route kan van de huidige positie in een andere worden
gewijzigd.
1Druk op en tik vervolgens op .
2Tip [Routeplanner] of [Mijn route] aan.
3Tik op [Huidige GPS-positie].
4Tik op [Beginpunt instellen] of [Beginpunt wijzigen] en vervolgens op [OK].
5Zoek een locatie.
6Tip [Beginpunt instellen] of [Beginpunt wijzigen] aan.
De geselecteerde positie wordt ingesteld als de beginpositie voor de
routeberekening.
7Tip [Route weergeven] of [Doorgaan zonder route] aan.
Als u op [Route weergeven] heeft getikt, begint het systeem de route te
herberekenen en verschijnt het scherm [Routesamenvatting]. Nadat u op [Start
navigatie] heeft getikt, begint uw navigatiesysteem met de routebegeleiding.
OPMERKING
Nadat u op [Doorgaan zonder route] heeft getikt, verschijnt de kaart van de huidige positie.
▶De beginpositie wijzigen
1Druk op en tik vervolgens op .
2Tip [Routeplanner] of [Mijn route] aan.
3Tik op [Huidige GPS-positie].
4Tip [Terug naar GPS-positie] aan en tip vervolgens [Startpunt wissen] aan.
De beginpositie voor de routeberekening keert terug naar de huidige positie.
1Druk op en tik vervolgens op .
2Tik op [Tussenpunt toevoegen].
3Zoek een locatie.
4Tik op [Als tussenpunt selecteren].
De route wordt herberekend en het scherm [Routesamenvatting] verschijnt. (Als het
tussenpunt reeds is ingesteld, verschijnt het scherm [Mijn route]. Tik op [Route
weergeven] en ga verder met de volgende stap.)
Tussenpunten toevoegen

Nederlands
- 35 -
5Tik op [Start navigatie].
Uw navigatiesysteem begint met de routebegeleiding.
U kunt een andere route selecteren en verschillende alternatieve routes vergelijken.
1Druk op en tik vervolgens op .
2Tik op [Omleidingen/alt. routes].
3Tik op [Alternatieve routes].
4Tip een van de voorwaarden voor routeberekening aan.
U ziet de tijd die ongeveer nodig is en de totale afstand van de geselecteerde
alternatieve routes. Om een alternatieve route te bekijken op de kaart, tikt u erop.
TIP
Als er meer dan drie alternatieve routes zijn gevonden, verschijnt [Meer resultaten]. Tik op [Meer
resultaten] om de andere routes te tonen.
5Tik op [Kies].
De geselecteerde route wordt als huidige route toegepast. Voor meer informatie over
de voorwaarden voor routeberekening, raadpleegt u [Routeplanningsmethode]
(pagina 52).
U kunt omwegen bekijken waarbij de geselecteerde gedeelten of straten of de weg
verderop worden vermeden. U kunt ook alternatieve routes bekijken.
1Druk op en tik vervolgens op .
2Tik op [Omleidingen/alt. routes].
3Tip een van de opties aan.
Alternatieve routes bekijken
Omwegen bekijken

- 36 -
Nederlands
OPMERKING
De route die door [Alternatieve routes] is ingesteld, kan niet worden geannuleerd.
Als u de route hebt ingesteld, kunt u een overzicht van de huidige route bekijken.
1Druk op en tik vervolgens op .
2Tik op [Routesamenvatting].
3Tip een van de opties aan.
Menu-item Beschrijving
[Alternatieve routes] De alternatieve routes tonen (pagina 35).
[Speciale secties
vermijden]
De route tonen waarbij bepaalde gedeelten worden
vermeden. Tik op het lijstitem om het gedeelte te
selecteren dat u wilt vermijden. De afstand en het
tijdverschil, de voorgestelde route, de huidige route en het
te vermijden gedeelte worden getoond. Tik op [Akkoord]
om de voorgestelde route toe te passen.
[Specifieke weg
vermijden]
De route tonen waarbij bepaalde wegen worden
vermeden. Tik op het lijstitem om de weg te selecteren die
u wilt vermijden. De afstand en het tijdverschil, de
voorgestelde route, de huidige route en het te vermijden
gedeelte worden getoond. Tik op [Akkoord] om de
voorgestelde route toe te passen.
[Komende weg vermijden] De route tonen waarbij de weg verderop wordt vermeden.
Tik op [+] of [-] om de afstand die u wilt vermijden, in te
stellen. Tik op [Vermijden] om de voorgestelde route toe te
passen.
[Oorspronkelijke route
herstellen]
Annuleert de route met te vermijden voorwaarden en
herstelt de vorige route.
De routegegevens en voorkeuren controleren

Nederlands
- 37 -
Linksboven wordt de voorwaarde voor de getoonde route met een pictogram
aangegeven. Linksonder ziet u de totale lengte van de route en de tijd die ongeveer
nodig is.
TIP
U kunt de kaart verschuiven door deze te verslepen.
Als u niet langer naar uw bestemming hoeft te rijden, volgt u de onderstaande stappen
om de routebegeleiding te annuleren.
1Druk op en tik vervolgens op .
De informatie voor een transitpunt op de route tonen.
Tik hierop om de locatie op de kaart te zien. Tik op [Vermijden] en op [Akkoord] om de
locatie in te stellen als een te vermijden locatie.
Alternatieve routes tonen (pagina 35).
De snelkoppelingen weergeven.
[Routevoorkeuren]:
De voorkeuren voor routebepaling tonen. Als u de voorkeuren wijzigt, wordt de route
herberekend.
[Routebeschr]:
Alle transitpunten in detail tonen. Tik op een transitpunt om de positie ervan op de kaart te
tonen. Als u op [Vermijden] en op [Akkoord] op het kaartscherm tikt, wordt de route
herberekend zodat het transitpunt (zoveel mogelijk) wordt vermeden.
[Route opslaan]:
De weergegeven route opslaan. De opgeslagen route kan later worden opgeroepen.
[Plaatsen langs route]:
Naar POI's langs de weergegeven route zoeken. Tik op de POI om het scherm [Locatie op
kaart] te tonen en de POI in te stellen als een tussenpunt.
[Simulatie]:
U kunt als demonstratie een simulatie uitvoeren van de navigatie voor de huidige route
(pagina 38).
De huidige routebegeleiding annuleren

- 38 -
Nederlands
2Tip [Route annuleren] of [Tussenpunt wissen] aan.
3Tip een van de opties aan.
Als er geen tussenpunten zijn op de route, tikt u op [Route annuleren] om de route te
annuleren.
Als er tussenpunten zijn op de route, tikt u op [Route annuleren] om de route te
annuleren. Tik op [Tussenpunt wissen] om alleen het dichtstbijzijnde tussenpunt te
verwijderen. In dat geval wordt de route herberekend.
U kunt als demonstratie een simulatie uitvoeren van het navigeren van de huidige route.
1Stel een route in naar uw bestemming (pagina 24).
2Druk op en tik vervolgens op .
3Tik op [Routesamenvatting] en vervolgens op .
4Tik op [Simulatie].
De simulatie start bij het beginpunt van de route en leidt u met een realistische
snelheid door de volledige aanbevolen route.
OPMERKING
Om de simulatie te stoppen, tikt u op [Sluit].
U kunt uw favoriete locaties opslaan in [Opgeslagen locatie] zodat u de volgende keer
dezelfde informatie niet opnieuw hoeft in te voeren.
[Opgeslagen locatie] kan uw thuislocatie bevatten, uw werkplaats en plaatsen die u al
hebt geregistreerd.
U kunt één thuislocatie en één werklocatie opslaan.
1Druk op en tik vervolgens op .
2Tik op [Nieuwe route] en vervolgens op [Opgeslagen locatie].
U kunt het scherm [Opgeslagen locatie] ook weergeven door onderaan het scherm
op te tikken wanneer het navigatiemenu wordt weergegeven.
3Tik op [Thuis] of [Werk] en vervolgens op [OK].
Als u uw thuis- of werklocatie al hebt opgeslagen, tikt u op [Thuis] of [Werk] om de
locatie te tonen op het scherm [Locatie op kaart].
De routesimulatie bekijken
Een locatie opslaan in [Opgeslagen locatie]
Uw thuislocatie en uw werklocatie opslaan

Nederlands
- 39 -
4Zoek naar een locatie (pagina 24).
5Tik op [Locatie opslaan].
De cursorpositie is opgeslagen.
U kunt een vaak bezochte locatie (zoals het adres van een familielid) opslaan om er
gemakkelijk naar toe te kunnen rijden.
1Druk op en tik vervolgens op .
2Tik op [Nieuwe route] en vervolgens op [Opgeslagen locatie].
U kunt het scherm [Opgeslagen locatie] ook weergeven door onderaan het scherm
op te tikken wanneer het navigatiemenu wordt weergegeven.
3Tik op [Locatie toevoegen].
4Zoek naar een locatie (pagina 24).
5Tik op [Locatie opslaan].
6Voer indien nodig de naam in en tip aan.
De cursorpositie is opgeslagen.
TIP
Als u op het toetsenbord op het scherm op of tikt, kunt u de locatie opslaan als uw thuis- of
werklocatie.
1Druk op en tik vervolgens op .
2Tik op [Nieuwe route] en vervolgens op [Opgeslagen locatie].
3Tik op en vervolgens op [Bewerken].
Het scherm [Te bewerken locatie selecteren] verschijnt.
4Tik op het item dat u wilt hernoemen en tik op [Hernoemen].
5Voer de naam in en tik op .
6Tik op [Klaar].
OPMERKING
[Thuis] en [Werk] kunnen niet worden hernoemd. De locatie kan opnieuw worden ingesteld.
Uw favoriete locaties opslaan
Opgeslagen locaties herbenoemen

- 40 -
Nederlands
1Druk op en tik vervolgens op .
2Tik op [Nieuwe route] en vervolgens op [Opgeslagen locatie].
3Tik op en vervolgens op [Bewerken].
Het scherm [Te bewerken locatie selecteren] verschijnt.
4Tik op het item dat u wilt verwijderen en tik op [Wissen].
Er verschijnt een bericht waarin u wordt gevraagd om het verwijderen te bevestigen.
OPMERKINGEN
•[Thuis] en [Werk] kunnen niet worden verwijderd. De locatie kan opnieuw worden ingesteld.
•Als u op en vervolgens op [Alles wissen] tikt, kunt u alle ingevoerde items (inclusief de thuis-
en werklocatie) verwijderen.
5Tik op [OK].
6Tik op [Klaar].
U kunt elke kaartlocatie (bijvoorbeeld een schoolzone of een spoorwegovergang) als
een waarschuwingspunt opslaan.
Belangrijk
De waarschuwingsfunctie voor verkeersveiligheidscamera's (zoals snelheidscamera's) wordt
uitgeschakeld in landen waarin waarschuwingen voor verkeersveiligheidscamera's verboden zijn. U
bent echter zelf ervoor verantwoordelijk dat u deze functie op legale wijze gebruikt in het land van
gebruik.
OPMERKING
Als u deze functie wilt gebruiken, moet u de waarschuwingen op voorhand activeren en het type
waarschuwing instellen (pagina 55).
1Druk op .
2Verschuif de kaart en selecteer een locatie.
De cursor verschijnt op het geselecteerde punt.
3Tik op .
4Tik op [Waarsch.punten toevoegen].
5Stel de vereiste parameters in.
Opgeslagen locaties verwijderen
Een locatie als een waarschuwingspunt opslaan
Menu-item Beschrijving
[Waarschuwingstype] Het type waarschuwingspunt instellen.

Nederlands
- 41 -
6Tik op [Opslaan].
OPMERKING
In [Waarschuwingstype] kan de waarschuwing van de snelheidscamera niet geselecteerd worden
wanneer de cursor op de kaart van Frankrijk geplaatst is.
Een opgeslagen waarschuwingspunt bewerken
Opgeslagen waarschuwingspunten kunnen bewerkt worden.
1Druk op .
2Verschuif de kaart, plaats de cursor op het opgeslagen waarschuwingspunt, en tip
aan.
3Tik op [Waarsch.punten bewerken].
4Stel de vereiste parameters in.
Als u op en vervolgens op [Wissen] tikt, wordt het geselecteerde
waarschuwingspunt verwijderd.
5Tik op [Bewerken].
U kunt uw favoriete routes opslaan in [Opgeslagen routes] zodat u de volgende keer
dezelfde informatie niet opnieuw hoeft in te voeren.
1Stel een route in naar uw bestemming (pagina 24).
2Druk op en tik vervolgens op .
3Tik op [Routesamenvatting] en vervolgens op .
4Tik op [Route opslaan].
5Voer indien nodig de naam in en tip aan.
[Snelheidswaarschuwing] De snelheidslimiet voor dit waarschuwingspunt instellen
(indien van toepassing).
[Richting] De richting instellen waaruit u de waarschuwing verwacht.
Een route opslaan in [Opgeslagen routes]
Uw favoriete routes opslaan
Menu-item Beschrijving

- 42 -
Nederlands
1Druk op en tik vervolgens op .
2Tik op [Nieuwe route] en vervolgens op .
3Tik op [Opgeslagen routes].
4Tik op en vervolgens op [Bewerken].
5Tik op het item dat u wilt hernoemen en tik op [Hernoemen].
6Voer de naam in en tik op .
7Tik op [Klaar].
1Druk op en tik vervolgens op .
2Tik op [Nieuwe route] en vervolgens op .
3Tik op [Opgeslagen routes].
4Tik op en vervolgens op [Bewerken].
5Tik op het item dat u wilt verwijderen en tik op [Wissen].
OPMERKING
Als u op en vervolgens op [Alles wissen] tikt, kunt u alle ingevoerde items verwijderen.
6Tik op [Wissen].
Het Traffic Message Channel (TMC) geeft verkeersberichten in real time. Als het
navigatiesysteem is uitgerust met de TMC-functie, kunt u de ontvangen
verkeersberichten en informatie bekijken.
1Druk op en tik vervolgens op .
2Tik op [Verkeer].
Het scherm [Verkeersoverzicht] verschijnt.
Opgeslagen routes herbenoemen
Opgeslagen routes verwijderen
Realtime verkeersinformatie (TMC) ontvangen
Het scherm [Verkeersoverzicht] weergeven

Nederlands
- 43 -
De verkeersinformatie wordt op het scherm weergegeven in een lijst. Zo kunt u zien
hoeveel verkeersongevallen er zijn gebeurd, evenals hun locatie en de afstand vanaf uw
huidige positie.
1Druk op en tik vervolgens op .
2Tik op [Verkeer].
Het scherm [Verkeersoverzicht] verschijnt.
3Tik op [Verkeersinformatie].
Er wordt een lijst met de ontvangen verkeersinformatie getoond. De lijst is gesorteerd
volgens de afstand vanaf uw huidige positie. De plaatsen (straatnamen) waar zich
ongevallen hebben voorgedaan, worden weergegeven in de lijst.
OPMERKINGEN
•Als een route is ingesteld, worden relevante gebeurtenissen op de huidige route boven aan de lijst
getoond.
•Als u op het gewenste item tikt, kunt u de positie ervan op de kaart bekijken. Tik op of om de
vorige of de volgende gebeurtenis te tonen.
Verkeersinformatie kan op de kaart worden getoond.
1Druk op en tik vervolgens op .
2Tik op [Verkeer].
Het scherm [Verkeersoverzicht] verschijnt.
3Tik op [Kaart met verkeersinformatie].
De verkeerslijst bekijken
De verkeersgebeurtenissen op de kaart controleren

- 44 -
Nederlands
Weggedeelten met verkeersgebeurtenissen worden met een andere kleur op de kaart
weergegeven, en kleine symbolen boven de weg tonen de aard van de gebeurtenis.
De lijnen voor verkeersopstoppingen geven de mate van verstopping met een kleur
aan.
Het waarschuwingspictogram geeft de status van de ontvangst van verkeersinformatie
aan.
1Tip het pictogram van de betreffende verkeersgebeurtenis aan op de kaart.
Waarschuwingspictogram voor verkeersinformatie
Waarschuwingspictogram voor verkeersinformatie
Geeft aan dat er geen verkeersongevallen zijn gebeurd in het voor u relevante
gebied.
Geeft aan dat informatie over verkeersongevallen wordt ontvangen.
Geeft aan dat er geen groot verkeersongeval is gebeurd op uw route.
Geeft aan dat er een groot verkeersongeval is gebeurd op uw route. Het pictogram
toont welk type verkeersongeval het volgende is.

Nederlands
- 45 -
U kunt de details van de verkeersongevallen bekijken. Tik op de betreffende gebeurtenis
om de locatie weer te geven op de kaart.
De functie voor verkeersinformatie is standaard ingeschakeld. Doe als volgt om de TMC-
functie in of uit te schakelen.
OPMERKING
Als u de functie voor verkeersinformatie uitschakelt, verdwijnt [Verkeer] uit het navigatiemenu.
1Druk op en tik vervolgens op .
2Tik op en vervolgens op [Instellingen].
3Tik op en vervolgens op [Verkeer].
4 Tik op [Verkeer] om de functie in of uit te schakelen.
Het menu [Nuttige informatie] bevat allerlei nuttige informatie voor onderweg.
1Druk op en tik vervolgens op .
2Tik op [Nuttige informatie].
Het scherm [Nuttige informatie] verschijnt.
Informatie over de opties in het menu [Nuttige informatie]
Verkeersinformatie in- of uitschakelen
Nuttige informatie over uw reis bekijken
Over het menu [Nuttige informatie]
Menu-item Beschrijving
[Waar ben ik?] Opent een speciaal scherm met informatie over uw huidige
positie en een toets om nooddiensten of hulpdiensten in
de buurt te zoeken.
TIPS
•Om de huidige positie als een [Opgeslagen locatie] op te slaan,
tikt u op (pagina 38).
•Om de landinformatie van uw huidige positie te controleren, tikt
u op .

- 46 -
Nederlands
Als u de reislogger inschakelt, kunt u uw rijgeschiedenis registreren (hierna “reislog”
genoemd). U kunt uw reislog later bekijken. Standaard is de reislogger zo ingesteld dat u
hem handmatig moet opstarten. U kunt de instellingen van deze functie wijzigen zodat
u het log automatisch opslaat. Raadpleeg voor meer informatie [Ritmonitor] (pagina 62).
▶De reislogger tijdelijk activeren
Eenmalige activatie is handig als u alleen voor een bepaalde reis een log wilt maken.
1Druk op en tik vervolgens op .
2Tik op [Nuttige informatie].
3Tik op [Ritmonitor].
Er verschijnt een lijst met reeds geregistreerde reislogs. Als er nog geen reislogs zijn
geregistreerd, verschijnt een lege lijst.
4Tik op [Nieuwe opname starten].
De reislogger wordt geactiveerd. De aanraaktoets verandert in [Opnemen stoppen].
Als u op [Opnemen stoppen] tikt, kunt u de reislogger deactiveren.
[Hulp dichtbij] POI's in uw omgeving bekijken.
De voorgeprogrammeerde zoekcategorieën zijn als volgt.
•[Garage]
•[Gezondheid]
•[Politie]
•[Tankstation]
[Kenmerkinformatie land] Controleer handige rij-informatie over het geselecteerde
land (bijvoorbeeld snelheidslimieten en maximale
alcoholpromillage).
OPMERKING
De informatie correspondeert niet noodzakelijkerwijs met de
feitelijke wet- en regelgeving, enz. Gebruik de informatie als
referentie.
[Ritmonitor] De statistische gegevens over uw reizen (bijvoorbeeld
begin- en eindtijd, gemiddelde snelheid enz.) bekijken
(pagina 46).
[GPS informatie] Het GPS-informatiescherm weergeven met informatie over
de positie van de satellieten en de signaalsterkte.
[Brandstofverbruik] De brandstofkosten voor de reis naar uw bestemming
schatten door uw brandstofverbruik in te voeren in het
navigatiesysteem.
Uw reisgeschiedenis opnemen
Menu-item Beschrijving

Nederlands
- 47 -
OPMERKINGEN
•Als er onvoldoende ruimte is in het ingebouwde geheugen, wordt het oudste reislog door een
nieuwere overschreven.
•Als u de reislogger altijd wilt activeren wanneer er een GPS-signaal beschikbaar is, moet u
[Automatisch opslaan inschakelen] inschakelen. Raadpleeg voor meer details “De reislogger
instellen” (pagina 47).
▶Het reislog bekijken
1Leg het reislog vast.
2Druk op en tik vervolgens op .
3Tik op [Nuttige informatie].
4Tik op [Ritmonitor].
Tik op [Alles exporteren] om alle reislogs te exporteren.
5Tip een item aan om de details ervan te tonen.
TIP
Tik op [Zichtbaar op kaart] en vink het selectievakje aan om het reislog weer te geven op de kaart. Als u
aantipt, kunt u de snelkoppelingen bekijken en de volgende functies gebruiken.
▶De reislogger instellen
1Leg het reislog vast.
2Druk op en tik vervolgens op .
3Tik op [Nuttige informatie].
4Tik op [Ritmonitor].
5Tik op en vervolgens op [Instellingen ritmonitor].
6Tip een item aan om de instellingen ervan te wijzigen.
Menu-item Beschrijving
[Weerg. op Kaart] Het reislog op het kaartscherm tonen.
[Routelog exporteren] Het huidige geselecteerde routelog exporteren naar een
extern geheugenapparaat.
Menu-item Beschrijving
[Automatisch opslaan
inschakelen]
Instellen of automatisch loggen van reizen wel of niet is
geactiveerd.
[Routelog opslaan] Routelogs, de volgorde van de posities die de GPS-
ontvanger geeft, kunnen samen met reislogs worden
opgeslagen. U kunt de routelogger activeren als de
reislogger is geactiveerd.

- 48 -
Nederlands
TIP
[Afmeting rit database] geeft de huidige gegevensgrootte van het reislog aan (inclusief routelog).
Een reislog bewerken
1Druk op en tik vervolgens op .
2Tik op [Nuttige informatie].
3Tik op [Ritmonitor].
4Tik op en vervolgens op [Bewerken].
5Tip een item aan om het te bewerken.
TIP
Als u op en vervolgens op [Alles wissen] tikt, kunt u alle ingevoerde items verwijderen.
6Tik op [Klaar].
Op het scherm van de reiscomputer wordt de informatie die de GPS-ontvanger en uw
voertuig leveren, weergegeven zoals op een dashboard.
1Druk op .
2Tip de toets van het gegevensveld aan.
TIPS
•Als u op [Ritoverzicht] tikt, worden de details van de huidige reis weergegeven. Tik op en
vervolgens op [Rit opslaan] om het huidige reislog op te slaan.
Menu-item Beschrijving
[Wissen] Het reislog verwijderen.
[Hernoemen] Het reislog herbenoemen.
[Kleur wijzigen] De kleur wijzigen door een andere kleur te selecteren in de
kleurentabel.
De modus Reiscomputer gebruiken

Nederlands
- 49 -
•Als u op drukt, keert u terug naar het kaartscherm.
Met de monitor voor het brandstofverbruik kunt u het brandstofverbruik van uw
voertuig bijhouden, zelfs als u het navigatiesysteem niet voor al uw reizen gebruikt. Stel
de beginwaarde van de kilometerteller in en registreer vervolgens de gereden afstand
en de hoeveelheid brandstof die u gebruikt bij het tanken. U kunt ook herinneringen
instellen voor regelmatig onderhoud van het voertuig.
▶De beginwaarde van de kilometerteller instellen
Voordat u de functie voor het brandstofverbruik kunt gebruiken, moet u de
beginwaarde van de kilometerteller instellen vanaf waar u de meting wilt bijhouden.
1Druk op en tik vervolgens op .
2Tik op [Nuttige informatie].
3Tik op [Brandstofverbruik].
4Tik op [Stand kilometerteller].
5Voer de beginwaarde van de kilometerteller in en tik op .
De beginwaarde van de kilometerteller is ingesteld.
▶Informatie over het brandstofverbruik invoeren
Om het brandstofverbruik over de gereden afstand te berekenen, moet u de afstand en
de hoeveelheid brandstof invoeren wanneer u tankt.
1Druk op en tik vervolgens op .
2Tik op [Nuttige informatie].
3Tik op [Brandstofverbruik].
4Tik op [Toevoegen].
5Tik op [Huidige waarde kilometerteller] en voer vervolgens de huidige waarde van
de kilometerteller in.
6Tik op [Hoeveelheid gas] om in te geven hoeveel brandstof u de laatste keer heeft
getankt.
Het brandstofverbruik berekenen
Deze berekeningen zijn uitsluitend gebaseerd op de informatie die u verschaft en niet
op eventuele gegevens van het voertuig zelf. De weergegeven brandstofafstand is
slechts een referentiewaarde en garandeert niet dat de weergegeven brandstofafstand
daadwerkelijk kan worden bereikt.
Problemløsning Pioneer AVIC-Z920DAB
Hvis du har læst manualen omhyggeligt, men ikke fundet en løsning på dit problem, bed andre brugere om hjælp
Specifikationer
Mærke: | Pioneer |
Kategori: | Navigation |
Model: | AVIC-Z920DAB |